Vrij werk | columns & blogs

 
Voorbeeld | column

De wolf en de zeven geitjes

Na afloop van de training bent u in staat assertief gedrag te vertonen. Dat wil zeggen: u kunt voor uzelf opkomen en treedt zelfbewuster op, met respect voor de ander. U maakt gebruik van uw persoonlijke kracht, voor uzelf én voor uw organisatie.

Het lijkt op het functieprofiel van Mega Mindy, maar ik ben het toch echt zelf. In wording dan, want blok 2 van de cursus ‘persoonlijke effectiviteit’ zit er op, nog 1 blok te gaan. In het eerste blok gingen we RETTEN. Klinkt in ieder geval goed. Misschien kan ik het wel op mijn cv zetten. Hobbies: hardlopen, bloggen, hyven en retten.

Leermoment: Retten doe je met ABC-tjes. Er gebeurt iets [A], daarover veronderstel je iets [B] en daardoor voel je iets [C].

Bijvoorbeeld: A: er komt een grote boze wolf binnen
B: ik denk dat hij me op gaat eten.
C: ik word bang.
Oftewel: ik ben een bang geitje. Bange geitjes kunnen goed mekkeren, en daarom mocht ik dus op cursus, samen met een stuk of 6 andere bange geitjes. Daar leerden we van moeder geit dat het niet die grote boze wolf zelf [A], maar onze veronderstelling [B] is die ons zo bang maakt. We moeten ons dus niet verstoppen, maar een andere B bedenken. Zo gezegd, zo geret:
A: er komt een grote boze wolf binnen.
B: Zo groot is ie nou ook weer niet. Hij zal me echt niet op gaan eten. Wat ziet hij er trouwens vadsig uit. Hij zou me niet eens te pakken kunnen krijgen. Nu ik het zo goed bekijk, is het eigenlijk een loser.
C: ik voel me keigoed en ram de wolf op zijn kop.
Na twee dagen oefenen werden alle geitjes weggestuurd, om de confrontatie met hun grote boze wolven aan te gaan.

En deze week kwamen de geitjes weer bij elkaar voor blok 2 van de cursus. Na een geitenwollensokken-ontspanningsoefening gingen we aan de slag. Deze keer leerden we hoe we op een directe, maar respectvolle manier feedback konden geven: ik-ik-jij-punt. Klinkt als een ontmoetingsplek op de EO-jongeren-dag, maar het blijkt een heel effectieve methode te zijn:
Ik zie dat je heel hard blaast.
Ik denk dat je mijn huisje omver wilt blazen om mij te pakken te krijgen.
Ik vind dat niet leuk. Kun je je dat voorstellen?
Stilte....

Nou is er voor zo’n ik-ik-jij-tje wel wat moed nodig. Maar oefening baart kunst. Het schijnt dat je dingen 21 keer moet doen, voor ze automatisch gaan. Mijn teller staat op 2. De eerste ik-ik-jij mislukte grandioos:
Ik zie dat je al tien minuten met je lepel speelt.
Ik krijg de indruk dat je je eten niet lekker vindt.
Dat vind ik heel jammer. Kun je je dat voorstellen?
(De stilte was niet eens nodig. ‘Nee ik vind het niet lekker. Ik vind het vies. Heel vies. Het smaakt naar pis. En naar poep. Woehaahaa!!!').

De 2e poging ging al wat beter:
Ik merk dat je me tijdens het eten belt.
Ik krijg de indruk dat je een harmonieus gezinsmoment verstoort.
Ik vind dat erg jammer. Kun je je dat voorstellen?


Deze had effect, telemarketeer Ahmed was flabbergasted. Zo erg, dat hij de hoorn er direct opgooide. Over effectiviteit gesproken. Maar het allergootste leermoment van de cursus was wel het contact met de andere geitjes, vooral de mama-geitjes. Al die geitjes hadden huizen waarin het ook een bende was, met papa-geitjes die ook 100 keer de trap opliepen zonder alle door mama-geit zorgvuldig gesorteerde spulletjes mee naar boven danwel beneden te nemen. En met kinder-geitjes die ziek, brutaal, maar vooral ook heel erg lief waren. En al die geitjes leefden nog lang en gelukkig. En effectief.

terug naar 'werk'